FG Nieuwe testament

FG Mattheüs 6: 13a | Leid ons niet in verzoeking | 08-02-1981

Psalm 95: 1 en 2 wordt gezongen1 Komt, laat ons samen Isrels Heer’, Den rotssteen van ons heil, met eer, Met Godgewijden zang ontmoeten. Laat ons Zijn gunstrijk aangezicht, Met een verheven lofgedicht, En blijde psalmen, juichend groeten. 2 De Heer’ is groot, een heerlijk God, Een Koning, die het zaligst lot, Ver boven alle goon, kan schenken. Het diepst van ‘s aardrijks ingewand, Het hoogst gebergt’ is in Zijn hand; ‘t Is al gehoorzaam

FG Mattheüs 6: 19-21 | Vegadert geen schatten op aarde | 05-08-1973

Teksten: Mattheüs 6: 19 Vergadert u geen schatten op de aarde, waar ze de mot en de roest verderft, en waar de dieven doorgraven en stelen; 20 Maar vergadert u schatten in den hemel, waar ze noch mot noch roest verderft, en waar de dieven niet doorgraven noch stelen; 21 Want waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn. Schriftlezing Mattheüs 6: 19 Vergadert u geen schatten op de aarde, waar ze de

FG Mattheüs 6: 24 | Gij kunt niet God dienen en de mammon | 10-1982

Schriftlezing: Mattheüs 6: 19-24 19 Vergadert u geen schatten op de aarde, waar ze de mot en de roest verderft, en waar de dieven doorgraven en stelen; 20 Maar vergadert u schatten in den hemel, waar ze noch mot noch roest verderft, en waar de dieven niet doorgraven noch stelen; 21 Want waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn. 22 De kaars des lichaams is het oog; indien dan uw oog eenvoudig

FG Mattheüs 6: 33 | de goddelijke vonk, het Koninkrijk Gods is binnen u lieden | 22-11-1992

Schriftlezingen 1e lezing Mattheüs 6: 31-34 31 Daarom zijt niet bezorgd, zeggende: Wat zullen wij eten, of wat zullen wij drinken, of waarmede zullen wij ons kleden? 32 Want al deze dingen zoeken de heidenen; want uw hemelse Vader weet, dat gij al deze dingen behoeft. 33 Maar zoekt eerst het Koninkrijk Gods en Zijn gerechtigheid, en al deze dingen zullen u toegeworpen worden. 34 Zijt dan niet bezorgd tegen den morgen; want de morgen

FG Mattheüs 6: 33 | zoek eerst het Koninkrijk

Schriftlezing: Mattheüs 6: 25-34 25 Daarom zeg Ik u: Zijt niet bezorgd voor uw leven, wat gij eten, en wat gij drinken zult; noch voor uw lichaam, waarmede gij u kleden zult; is het leven niet meer dan het voedsel, en het lichaam dan de kleding? 26 Aanziet de vogelen des hemels, dat zij niet zaaien, noch maaien, noch verzamelen in de schuren; en uw hemelse Vader voedt nochtans dezelve; gaat gij dezelve niet zeer

FG Mattheüs 6: 34 | Weest niet bezorgd | 25-09-1977

Schriftlezing: Mattheüs 6: 24-34 24 Niemand kan twee heren dienen; want of hij zal den enen haten en den anderen liefhebben, of hij zal den enen aanhangen en den anderen verachten; gij kunt niet God dienen en den Mammon. 25 Daarom zeg Ik u: Zijt niet bezorgd voor uw leven, wat gij eten, en wat gij drinken zult; noch voor uw lichaam, waarmede gij u kleden zult; is het leven niet meer dan het voedsel, en

FG Mattheüs 8: 19-20 | De vossen hebben holen | 11-10-1987

  Schriftlezing Mattheüs 8: 16-27 16 En als het laat geworden was, hebben zij velen, van den duivel bezeten, tot Hem gebracht, en Hij wierp de boze geesten uit met den woorde, en Hij genas allen, die kwalijk gesteld waren; 17 Opdat vervuld zou worden, dat gesproken was door Jesaja, den profeet, zeggende: Hij heeft onze krankheden op Zich genomen, en onze ziekten gedragen. 18 En Jezus, vele scharen ziende rondom Zich, beval aan de

FG Mattheüs 8: 20 | Het volgen van Jezus | 14-02-1982

Psalm 19: 4 Des HEEREN wet nochtans Verspreidt volmaakter glans, Dewijl zij ‘t hart bekeert. ‘t Is Gods getuigenis, Dat eeuwig zeker is, En slechten wijsheid leert. Wat Gods bevel ons zegt, Vertoont ons ‘t heiligst recht, En kan geen kwaad gedogen. Zijn wil, die ‘t hart verheugt, Eist zuiverheid en deugd, Verlicht de duist’re ogen. Schriftlezing: 14 En Jezus gekomen zijnde in het huis van Petrus, zag zijn vrouws moeder te bed liggen, hebbende

FG Mattheüs 9: 15 | en dan zullen zij vasten | 10-1986

Schriftlezing: Mattheüs 9: 14-18 14 Toen kwamen de discipelen van Johannes tot Hem, zeggende: Waarom vasten wij en de Farizeën veel, en Uw discipelen vasten niet? 15 En Jezus zeide tot hen: Kunnen ook de bruiloftskinderen treuren, zolang de Bruidegom bij hen is? Maar de dagen zullen komen, wanneer de Bruidegom van hen zal weggenomen zijn, en dan zullen zij vasten. 16 Ook zet niemand een lap ongevold laken op een oud kleed; want deszelfs

FG Mattheüs 10: 29 | de Voorzienigheid Gods | 23-04-1973

Psalm 48: 6 6 Want deze God is onze God; Hij is ons deel, ons zalig lot, Door tijd noch eeuwigheid te scheiden; Ter dood toe zal Hij ons geleiden. Schriftlezing Mattheüs 10: 27 Hetgeen Ik u zeg in de duisternis, zegt het in het licht; en hetgeen gij hoort in het oor, predikt dat op de daken. 28 En vreest u niet voor degenen, die het lichaam doden, en de ziel niet kunnen doden;

FG Mattheüs 11: 11 | Jezus en Johannes de doper | 09-11-1986

Schriftlezing: Mattheüs 11: 2-15 2 En Johannes, in de gevangenis gehoord hebbende de werken van Christus, zond twee van zijn discipelen; 3 En zeide tot hem: Zijt Gij Degene, Die komen zou, of verwachten wij een anderen? 4 En Jezus antwoordde en zeide tot hen: Gaat heen en boodschapt Johannes weder, hetgeen gij hoort en ziet: 5 De blinden worden ziende, en de kreupelen wandelen; de melaatsen worden gereinigd, en de doven horen; de doden

FG Mattheüs 13: 37-39 | vergaderen van het onkruid | 27-01-1974

Schriftlezing Mattheüs 13: 24 Een andere gelijkenis heeft Hij hun voorgesteld, zeggende: Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan een mens, die goed zaad zaaide in zijn akker. schilderij van Abraham Bloemaert: De gelijkenis van het onkruid tussen het graan 25 En als de mensen sliepen, kwam zijn vijand, en zaaide onkruid midden in de tarwe, en ging weg. 26 Toen het nu tot kruid opgeschoten was, en vrucht voortbracht, toen openbaarde zich ook het

FG Mattheüs 17: 8 | zagen niemand dan Jezus alleen | 29-04-1984

Deze dienst betreft de afscheidsdienst van Hattem. Psalm 25: 2 en 7 2 Heer’, ai, maak mij Uwe wegen, Door Uw woord en Geest bekend; Leer mij, hoe die zijn gelegen, En waarheen G’ Uw treden wendt, Leid mij in Uw waarheid, leer IJvrig mij Uw wet betrachten. Want Gij zijt mijn heil, o Heer’, ‘k Blijf U al den dag verwachten. 7 Gods verborgen omgang vinden Zielen, waar Zijn vrees in woont. ‘t Heilgeheim

FG Mattheüs 17: 8 | Jezus verheerlijking op de berg | 00-12-1982

Schriftlezingen: Mattheüs 16: 24-28 24 Toen zeide Jezus tot Zijn discipelen: Zo iemand achter Mij wil komen, die verloochene zichzelven, en neme zijn kruis op, en volge Mij. 25 Want zo wie zijn leven zal willen behouden, die zal hetzelve verliezen; maar zo wie zijn leven verliezen zal, om Mijnentwil, die zal hetzelve vinden. 26 Want wat baat het een mens, zo hij de gehele wereld gewint, en lijdt schade zijner ziel? Of wat zal

FG Mattheüs 18: 10 | Worden als een kind | 24-03-1974

Schriftlezing vanuit de SV hier geplaatst Mattheüs 18: 1 Te dierzelfder ure kwamen de discipelen tot Jezus, zeggende: Wie is toch de meeste in het Koninkrijk der hemelen? 2 En Jezus een kindeken tot Zich geroepen hebbende, stelde dat in het midden van hen; 3 En zeide: Voorwaar zeg Ik u: Indien gij u niet verandert, en wordt gelijk de kinderkens, zo zult gij in het Koninkrijk der hemelen geenszins ingaan. 4 Zo wie dan

FG Mattheüs 18: 12 en 13 | verloren schaap /enkeling | 09-02-1975

Schriftlezingen: 1e lezing Mattheüs 18: 12 Wat dunkt u, indien enig mens honderd schapen had, en een uit dezelve afgedwaald ware, zal hij niet de negen en negentig laten, en op de bergen heengaande, het afgedwaalde zoeken? 13 En indien het geschiedt, dat hij hetzelve vindt, voorwaar zeg Ik u, dat hij zich meer verblijdt over hetzelve, dan over de negen en negentig, die niet afgedwaald zijn geweest. 14 Alzo is de wil niet uws Vaders, Die

FG Mattheüs 18: 12-13 | het verloren schaap

Schriftlezing: Mattheüs 18: 11-14 11 Want de Zoon des mensen is gekomen om zalig te maken, dat verloren was. 12 Wat dunkt u, indien enig mens honderd schapen had, en een uit dezelve afgedwaald ware, zal hij niet de negen en negentig laten, en op de bergen heengaande, het afgedwaalde zoeken? 13 En indien het geschiedt, dat hij hetzelve vindt, voorwaar zeg Ik u, dat hij zich meer verblijdt over hetzelve, dan over de negen

FG Mattheüs 19: 21 | de rijke jongeling | 00-08-1991

  Schriftlezingen Mattheüs 19: 16-27 hier in de SV geplaatst 16 En ziet, er kwam een tot Hem, en zeide tot Hem: Goede Meester! wat zal ik goeds doen, opdat ik het eeuwige leven hebbe? 17 En Hij zeide tot hem: Wat noemt gij Mij goed? Niemand is goed dan Een, namelijk God. Doch wilt gij in het leven ingaan, onderhoud de geboden. 18 Hij zeide tot Hem: Welke? En Jezus zeide: Deze: Gij zult

FG Mattheüs 20: 33-34 | Heere, dat onze ogen geopend worden | 11-1991

Schriftlezing: Mattheüs 20: 29-34 29 En als zij van Jericho uitgingen, is Hem een grote schare gevolgd. 30 En ziet, twee blinden, zittende aan den weg, als zij hoorden, dat Jezus voorbijging, riepen, zeggende: Heere, Gij Zone Davids! ontferm U onzer. 31 En de schare bestrafte hen, opdat zij zwijgen zouden; maar zij riepen te meer, zeggende: Ontferm U onzer, Heere, Gij Zone Davids! 32 En Jezus, stil staande, riep hen en zeide: Wat wilt

FG Mattheüs 22: 11-12 | geen bruilofstkleed hebbend | 27-04-1975

Het begin van de opname houd aan geluidskwaliteit te wensen over. Schriftlezing Mattheüs 22: 1-14 1 En Jezus, antwoordende, sprak tot hen wederom door gelijkenissen, zeggende: 2 Het Koninkrijk der hemelen is gelijk een zeker koning, die zijn zoon een bruiloft bereid had; 3 En zond zijn dienstknechten uit, om de genoden ter bruiloft te roepen; en zij wilden niet komen. 4 Wederom zond hij andere dienstknechten uit, zeggende: Zegt den genoden: Ziet, ik heb