FG 1 Koningen 17: 24 | de weduwe te Sarfath | 16-04-1978

1 Kon 1717 24

Schriftlezing SV:

22 En de HEERE verhoorde de stem van Elia; en de ziel van het kind kwam weder in hem, dat het weder levend werd. 23 En Elia nam het kind, en bracht het af van de opperzaal in het huis, en gaf het aan zijn moeder; en Elia zeide: Zie, uw zoon leeft. 24 Toen zeide die vrouw tot Elia: Nu weet ik, dat gij een man Gods zijt, en dat het woord des HEEREN in uw mond waarheid is

Gezongen wordt Gezang 59

1 Verschenen is de zaal’ge dag, waarop ons lied niet zwijgen mag, want Jezus Christus overwint, die de verslagen vijand bindt, Halleluja!

2 De oude machten, zond’ en dood, de helse jammer, angst en nood heeft Christus van hun kracht ontdaan, nu Hij uit ‘t graf is opgestaan. Halleluja!

3 Hij nam de dood zijn buit weer af, het leven eindigt niet in ‘t graf, want Christus overwon met macht en heeft het leven weergebracht. Halleluja!

4 Nu willen wij verheugd te saam, een loflied zingen in Uw naam, U prijzen, Heer, ten allen tijd’, daar G’ ons ten heil verrezen zijt. Halleluja!

en

Psalm 68: 10

Geloofd zij God met diepst ontzag! Hij overlaadt ons, dag aan dag, Met Zijne gunstbewijzen. Die God is onze zaligheid; Wie zou die hoogste Majesteit Dan niet met eerbied prijzen? Die God is ons een God van heil; Hij schenkt, uit goedheid, zonder peil, Ons ‘t eeuwig, zalig leven; Hij kan, en wil, en zal in nood, Zelfs bij het naadren van den dood, Volkomen uitkomst geven.