FG Genesis 5: 24 en 17: 1 | Henoch / Abraham | 06-09-1981

Gen 521 24Schriftlezing:

Genesis 5: 21 En Henoch leefde vijf en zestig jaren, en hij gewon Methusalach. 22 En Henoch wandelde met God, nadat hij Methusalach gewonnen had, driehonderd jaren; en hij gewon zonen en dochteren. 23 Zo waren al de dagen van Henoch driehonderd vijf en zestig jaren. 24 Henoch dan wandelde met God; en hij was niet meer; want God nam hem weg.

Genesis 17: 1 Als nu Abram negen en negentig jaren oud was, zo verscheen de HEERE aan Abram, en zeide tot hem: Ik ben God, de Almachtige! Wandel voor Mijn aangezicht, en zijt oprecht! 2 En Ik zal Mijn verbond stellen tussen Mij en tussen u, en Ik zal u gans zeer vermenigvuldigen. 3 Toen viel Abram op zijn aangezicht, en God sprak met hem, zeggende: 4 Mij aangaande, zie, Mijn verbond is met u; en gij zult tot een vader van menigte der volken worden! 5 En uw naam zal niet meer genoemd worden Abram; maar uw naam zal wezen Abraham; want Ik heb u gesteld tot een vader van menigte der volken. 6 En Ik zal u gans zeer vruchtbaar maken, en Ik zal u tot volken stellen, en koningen zullen uit u voortkomen. 7 En Ik zal Mijn verbond oprichten tussen Mij en tussen u, en tussen uw zaad na u in hun geslachten, tot een eeuwig verbond, om u te zijn tot een God, en uw zaad na u. 8 En Ik zal u, en uw zaad na u, het land uwer vreemdelingschappen geven, het gehele land Kanaän, tot eeuwige bezitting; en Ik zal hun tot een God zijn