FG Lukas 1: 44-45 | Elia wederom geboren | 11-12-1977

Schriftlezing Lukas 1: 39-45Lukas 144 4539 En Maria, opgestaan zijnde in diezelfde dagen, reisde met haast naar het gebergte, in een stad van Juda; schilderij van Il Guercino (Giovanni Francesco Barbieri): De visitatie » meer 40 En kwam in het huis van Zacharias, en groette Elizabet. 41 En het geschiedde, als Elizabet de groetenis van Maria hoorde, zo sprong het kindeken op in haar buik; en Elizabet werd vervuld met den Heiligen Geest; 42 En riep uit met een grote stem, en zeide: Gezegend zijt gij onder de vrouwen, en gezegend is de vrucht uws buiks! 43 En van waar komt mij dit, dat de moeder mijns Heeren tot mij komt? 44 Want zie, als de stem uwer groetenis in mijn oren geschiedde, zo sprong het kindeken van vreugde op in mijn buik. 45 En zalig is zij, die geloofd heeft; want de dingen, die haar van den Heere gezegd zijn, zullen volbracht worden.

Gezang 8 wordt voor de preek gezongen onderwijl worden de gaven ingezameld.

1 Nu daagt het in het oosten, het licht schijnt overal: Hij komt de volken troosten, die eeuwig heersen zal.

2 De duisternis gaat wijken van d’ eeuwenlange nacht. Een nieuwe dag gaat prijken met ongekende pracht.

3 Zij, die gebonden zaten in schaduw van de dood, naar ‘t scheen van God verlaten, begroeten ‘t morgenrood.

4 De zonne, voor wier stralen het nacht’lijk duister zwicht, en die zal zegepralen, is Christus,’t eeuwig licht!

5 Reeds daagt het in het oosten, het licht schijnt overal: Hij komt de volken troosten, die eeuwig heersen zal.

Aan het einde van de dienst klinkt Psalm 32: 6 Rechtvaardig volk, verhef uw blijde klanken, Verheugd in God, naar waarde nooit te danken. Zingt vrolijk, roemt Zijn deugden t’ allen tijd, Gij, die oprecht van hart en wandel zijt.