Schriftlezing:
1 Abraham is oud,hij is op dagen gekomen;de Ene heeft Abraham gezegend met alles 2 Abraham zegt,- tot zijn dienaar, de oudste van zijn huis,die beheerder is van al het zijne:leg toch je hand onder mijn heup; 3 ik laat je zweren bij de Ene, God over de hemelen en God over de aarde,- dat je geen vrouw neemt voor mijn zoon uit de dochters van de Kanaäniet, in wiens kring ik nu ben gezeten…