Genesis 49: 5-7 | Levi; verwarrende verbinding

liturgie Genesis 49,5-7.pdf

 

Schriftlezingen:

Genesis 49: 5-7

5 Simeon en Levi zijn altijd samen, zij beramen niets dan geweld. 6 Ik wil niet deelnemen aan hun beraad, op hun bijeenkomsten wil ik niet zijn. In woede ontstoken doden zij mannen, moedwillig verlammen ze stieren. 7 Vervloekt zij hun grimmige woede, vervloekt hun ontembare razernij. Ik zal hen verstrooien over Jakobs volk, hen over Israël verspreiden.

Exodus 32 : 25-29

25 Mozes begreep dat het volk zich had laten gaan omdat Aäron niet ingegrepen had, en dat hun vijanden daarom de spot met hen zouden drijven. 26 Hij ging bij de ingang van het kamp staan en zei: ‘Wie voor de HEER kiest, moet hier komen.’ Alle nakomelingen van Levi voegden zich bij hem. 27 Hij zei tegen hen: ‘Dit zegt de HEER, de God van Israël: Gord je zwaard om, jullie allemaal, doorkruis het kamp in de volle lengte en breedte en dood iedereen die je tegenkomt, al is het je broer, vriend of verwant.’ 28 De Levieten deden wat Mozes hun had opgedragen, en zo kwamen er die dag ongeveer drieduizend Israëlieten om. 29 ‘Vandaag hebt u zich aan de HEER gewijd,’ zei Mozes, ‘door u zelfs tegen uw zonen en broers te keren. U hebt vandaag zijn zegen verworven.’

Deuteronomium 33: 8-11

8 Over Levi zei hij: ‘HEER, u vertrouwt uw orakelstenen toe aan Levi, uw vertrouweling. U stelde hem op de proef bij Massa, daagde hem uit bij het water van Meriba. 9 Hij had geen mededogen met zijn vader en moeder, zijn eigen broers ontzag hij niet, zijn kinderen waren als vreemden voor hem. Want de Levieten hielden zich aan wat u gebood, het verbond dat u sloot bleven ze trouw. 10 Laat hen uw regels onderwijzen aan Jakob, uw voorschriften doorgeven aan Israël. Laat hun geurige gave u behagen, laat hen brandoffers brengen op uw altaar. 11 HEER, zegen hen met voorspoed en zie welwillend op hun verrichtingen neer. Maar breek hun tegenstanders de heup, verlam hun vijanden voor altijd.’