FG Nieuwe testament

FG Mattheüs 22: 21b | De schatpenning | 07-1987

Schriftlezing: Mattheüs 22: 15-22 15 Toen gingen de Farizeën heen, en hielden te zamen raad, hoe zij Hem verstrikken zouden in Zijn rede. 16 En zij zonden uit tot Hem hun discipelen, met de Herodianen, zeggende: Meester! wij weten, dat Gij waarachtig zijt, en den weg Gods in der waarheid leert, en naar niemand vraagt; want Gij ziet den persoon der mensen niet aan; 17 Zeg ons dan: wat dunkt U? Is het geoorloofd, den

FG Mattheüs 25: 29 | De talenten | 21-08-1977

Schriftlezing: 14 Want het is gelijk een mens, die buiten ‘s lands reizende, zijn dienstknechten riep, en gaf hun zijn goederen over. 15 En den ene gaf hij vijf talenten, en den ander twee, en den derden een, een iegelijk naar zijn vermogen, en verreisde terstond. 16 Die nu de vijf talenten ontvangen had, ging heen, en handelde daarmede, en won andere vijf talenten. 17 Desgelijks ook die de twee ontvangen had, die won ook

FG Mattheüs 25: 3-4 | Wijze en dwaze maagden | 07-08-1977

Schriftlezing: Mattheüs 25: 1 Alsdan zal het Koninkrijk der hemelen gelijk zijn aan tien maagden, welke haar lampen namen, en gingen uit, den bruidegom tegemoet. 2 En vijf van haar waren wijzen, en vijf waren dwazen. 3 Die dwaas waren, haar lampen nemende, namen geen olie met zich. 4 Maar de wijzen namen olie in haar vaten, met haar lampen. 5 Als nu de bruidegom vertoefde, werden zij allen sluimerig, en vielen in slaap. 6

FG Mattheüs 25: 40 | aan Mijn minsten gedaan | 17-08-1980

Psalm 121: 1 en 2 1 ‘k Sla d’ ogen naar ‘t gebergte heen, Vanwaar ik dag en nacht Des Hoogsten bijstand wacht. Mijn hulp is van den Heer’ alleen, Die hemel, zee en aarde, Eerst schiep, en sinds bewaarde. 2 Hij is al treft u ‘t felst verdriet, Uw Wachter, die uw voet Voor wankelen behoedt; Hij, Isrels Wachter, sluimert niet; Geen kwaad zal u genaken; De Heer’ zal u bewaken. Schriftlezing: Mattheüs 25:

FG Mattheüs 26: 39 | …laat deze drinkbeker…

Tekstgedeelte zoals het in de SV staat: Mattheüs 26: 39 39 En een weinig voortgegaan zijnde, viel Hij op Zijn aangezicht, biddende en zeggende: Mijn Vader, indien het mogelijk is, laat dezen drinkbeker van Mij voorbijgaan! doch niet, gelijk Ik wil, maar gelijk Gij wilt. Psalm 33: 11 moet terafsluiting zijn gezongen 11 Laat ons alom Zijn lof ontvouwen: In Hem verblijdt zich ons gemoed, Omdat wij op Zijn Naam vertrouwen, Dien Naam, zo heilig,

FG Mattheüs 26: 39 | Niet mijn wil maar Uw wil geschieden | 03-1987

Schriftlezing: Mattheüs 26: 36-46 36 Toen ging Jezus met hen in een plaats genaamd Gethsemane, en zeide tot de discipelen: Zit hier neder, totdat Ik heenga, en aldaar zal gebeden hebben. 37 En met Zich nemende Petrus, en de twee zonen van Zebedeüs, begon Hij droevig en zeer beangst te worden. 38 Toen zeide Hij tot hen: Mijn ziel is geheel bedroefd tot den dood toe; blijft hier en waakt met Mij. schilderij van Andrea

FG Mattheüs 26: 41 | weliswaar is de Geest gewillig maar het vlees is zwak | 07-1989

Schriftlezing: Mattheüs 26: 36-46 36 Toen ging Jezus met hen in een plaats genaamd Gethsemane, en zeide tot de discipelen: Zit hier neder, totdat Ik heenga, en aldaar zal gebeden hebben. 37 En met Zich nemende Petrus, en de twee zonen van Zebedeüs, begon Hij droevig en zeer beangst te worden. 38 Toen zeide Hij tot hen: Mijn ziel is geheel bedroefd tot den dood toe; blijft hier en waakt met Mij. 39 En een

FG Mattheüs 27, 52-53 | Opwekking van vele heiligen | 00-04-1988

Schriftlezingen: 1e lezing Mattheüs 27: 50-53 50 En Jezus, wederom met een grote stem roepende, gaf den geest. 51 En ziet, het voorhangsel des tempels scheurde in tweeën, van boven tot beneden; en de aarde beefde, en de steenrotsen scheurden. 52 En de graven werden geopend, en vele lichamen der heiligen, die ontslapen waren, werden opgewekt; 53 En uit de graven uitgegaan zijnde, na Zijn opstanding, kwamen zij in de heilige stad, en zijn velen

FG Mattheüs 27: 41-43 | De bespotting | 01-04-1990

Schriftlezing: Mattheüs 27: 27-32 Hier in de SV 27 Toen namen de krijgsknechten des stadhouders Jezus met zich in het rechthuis, en vergaderden over Hem de ganse bende. 28 En als zij Hem ontkleed hadden, deden zij Hem een purperen mantel om; 29 En een kroon van doornen gevlochten hebbende, zetten die op Zijn hoofd, en een rietstok in Zijn rechter hand; en vallende op hun knieën voor Hem, bespotten zij Hem, zeggende: Wees gegroet,

FG Mattheüs 27: 50-54 | De graven worden geopend | 25-03-1993

Schriftlezing: 1e lezing Mattheüs 27: 50-54 50 En Jezus, wederom met een grote stem roepende, gaf den geest. 51 En ziet, het voorhangsel des tempels scheurde in tweeën, van boven tot beneden; en de aarde beefde, en de steenrotsen scheurden. 52 En de graven werden geopend, en vele lichamen der heiligen, die ontslapen waren, werden opgewekt; 53 En uit de graven uitgegaan zijnde, na Zijn opstanding, kwamen zij in de heilige stad, en zijn velen

FG Mattheüs 28: 19 | Het zendingsbevel | 00-06-1993

  Schriftlezing Mattheüs 28: 16-20 16 En de elf discipelen zijn heengegaan naar Galilea, naar den berg, waar Jezus hen bescheiden had. 17 En als zij Hem zagen, baden zij Hem aan; doch sommigen twijfelden. 18 En Jezus, bij hen komende, sprak tot hen, zeggende: Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde. 19 Gaat dan henen, onderwijst al de volken, dezelve dopende in den Naam des Vaders, en des Zoons, en des

FG Mattheüs 28: 19 | weidt in alle volken | 04-1991

Vanaf de 40e tot de 47e minuut is de opname gestoort door een verdraaing in het bandje. De geluids-kwaliteit is ver onder de maat, toch wel navolgbaar. Schriftlezing: Mattheüs 28: 16-20 16 En de elf discipelen zijn heengegaan naar Galilea, naar den berg, waar Jezus hen bescheiden had. 17 En als zij Hem zagen, baden zij Hem aan; doch sommigen twijfelden. 18 En Jezus, bij hen komende, sprak tot hen, zeggende: Mij is gegeven alle

FG Mattheüs 28: 5-6 | Ik weet wien gij zoekt | 19-04-1981

Helaas! staat de preek er net niet helemaal op…. Psalm 118: 12 en 14 12 Gij hebt mij, Heer’, met kracht omgord tot strijden. Mijn vijand moest, vernederd, straffen lijden. Hij vlood vol schrik, wijl hij geen kracht behield; Mijn hater werd door mijne hand vernield. Zij riepen wel, maar zonder hulp te krijgen. Zelfs tot den Heer’, maar Hij vond goed te zwijgen, Toen heb ik hen als stof vergruisd, verjaagd, En als het

FG Mattheüs 3: 15 | Jezus doop | 13-01-1980

 Deze dienst valt in net na een doop, begint met gebed.  uit SV genomen: 13 Toen kwam Jezus van Galilea naar de Jordaan, tot Johannes, om van hem gedoopt te worden. 14 Doch Johannes weigerde Hem zeer, zeggende: Mij is nodig van U gedoopt te worden, en komt Gij tot mij? 15 Maar Jezus, antwoordende, zeide tot hem: Laat nu af; want aldus betaamt ons alle gerechtigheid te vervullen. Toen liet hij van Hem af. 16

FG Mattheüs 4: 3-4 | Verzoeking in de woestijn | 02-02-1975

Deze opname betreft een doop dienst, begint met het voorlezen van het doopformulier. En bevat hierdoor waarschijnlijk niet de volledig preek!Bij het binnen dragen van de kinderen wordt gezongen Psalm 105: 5 God zal Zijn waarheid nimmer krenken, Maar eeuwig Zijn verbond gedenken. Zijn woord wordt altoos trouw volbracht, Tot in het duizendste geslacht. ‘t Verbond met Abraham, Zijn vrind, Bevestigt Hij van kind tot kind. Direkt na de doop Psalm 134: 3 Dat ‘s Heeren zegen

FG Mattheüs 5: 1-3 | Zalig de armen van geest | 07-09-1986

Schriftlezing Mattheüs 5: 1-12 1 En Jezus, de schare ziende, is geklommen op een berg, en als Hij nedergezeten was, kwamen Zijn discipelen tot Hem. 2 En Zijn mond geopend hebbende, leerde Hij hen, zeggende: 3 Zalig zijn de armen van geest; want hunner is het Koninkrijk der hemelen. 4 Zalig zijn die treuren; want zij zullen vertroost worden. 5 Zalig zijn de zachtmoedigen; want zij zullen het aardrijk beërven. 6 Zalig zijn die hongeren

FG Mattheüs 5: 4 | Zondag 1 vraag 1 | 03-12-1972

Schriftlezing: 1 Petrus 1: 13-25 13 Daarom opschortende de lenden uws verstands, en nuchteren zijnde, hoopt volkomenlijk op de genade, die u toegebracht wordt in de openbaring van Jezus Christus. 14 Als gehoorzame kinderen, wordt niet gelijkvormig aan de begeerlijkheden, die te voren in uw onwetendheid waren; 15 Maar gelijk Hij, Die u geroepen heeft, heilig is, zo wordt ook gijzelven heilig in al uw wandel; 16 Daarom dat er geschreven is: Zijt heilig, want Ik

FG Mattheüs 5: 8 en Psalmen 73 | Zalig de reine van hart | 05-09-1982

Zingen Psalm 73: 1 en 2 1 Ja waarlijk, God is Isrel goed, Voor hen, die rein zijn van gemoed; Hoe donker ooit Gods weg moog’ wezen, Hij ziet in gunst op die Hem vrezen. Maar ach, hoewel mijn ziel dit weet, Mijn voeten waren in mijn leed, Schier uitgeweken, en mijn treen Van ‘t spoor der godsvrucht afgegleen. 2 Ik zag met nijdig’ ogen aan, Hoe dwazen hier op rozen gaan, En hoe goddlozen

FG Mattheüs 6: 13a | en leidt ons niet in verzoeking

Schriftlezing: Mattheüs 6: 5-15 5 En wanneer gij bidt, zo zult gij niet zijn gelijk de geveinsden; want die plegen gaarne, in de synagogen en op de hoeken der straten staande, te bidden, opdat zij van de mensen mogen gezien worden. Voorwaar, Ik zeg u, dat zij hun loon weg hebben. 6 Maar gij, wanneer gij bidt, gaat in uw binnenkamer, en uw deur gesloten hebbende, bidt uw Vader, Die in het verborgen is; en

FG Mattheüs 6: 13a | Leid ons niet in verzoeking | 08-02-1981

Psalm 95: 1 en 2 wordt gezongen1 Komt, laat ons samen Isrels Heer’, Den rotssteen van ons heil, met eer, Met Godgewijden zang ontmoeten. Laat ons Zijn gunstrijk aangezicht, Met een verheven lofgedicht, En blijde psalmen, juichend groeten. 2 De Heer’ is groot, een heerlijk God, Een Koning, die het zaligst lot, Ver boven alle goon, kan schenken. Het diepst van ‘s aardrijks ingewand, Het hoogst gebergt’ is in Zijn hand; ‘t Is al gehoorzaam